Post by hari seldonHet is natuurlijk onzin om te stellen dat de linkse partijen op welke
daarvoor zijn er vanaf de Spaanse burgeroorlog teveel socialisten en
communisten tegen de Nazis opgetrokken - zelfs tegen de wil van hun
rechtse regeringen in. Daar wordt in de geschiedenisboekjes heel
luchtig overheen gewandeld.
Ik denk dat je de oorzaak eerder moet zoeken in het feit dat de
Amerikanen zich hier in het westen onmiddellijk profileerden als de
Grote Bevrijders, waarbij alle andere bondgenoten maar een
tweederangsrol speelden. Dat mag dan waar zijn voor de Engelsen en de
Fransen, maar de overgang naar de anti-russische politiek van de koude
oorlog, waarbij zelfs de Duitsers weer een belangrijke militaire rol
kregen, was voor veel 'linksen' moeilijk te verkroppen.
De onderliggende categorisering lijkt onjuist. 'Links' betekende in de
geopolitieke context van de wereldoorlogen voornamelijk pro-USSR.
'Sociaaldemocratie' werd door de meeste 'serieuze' van marxisme
afgeleidde denominaties (inclusief Leninisme) voornamelijk als een
expressie van 'rechts' populisme beschouwd.
Het amerikaanse liberalisme stond daar dan als ideologie tegenover,
terwijl in europa een dominante 'serieuze' (min of meer consistente)
idiologie ontbrak: de christen- en sociaal-democratie waren weinig meer
dan pogingen een klassensystemen gebaseerd op privilege te verdedigen
tegen (praktische implementaties van) zowel van het liberalisme als het
marxisme.
Na WW2 bestond kennelijk een zeker druk om niet alleen in Italië, maar
overal in europa referenda te organiseren over het vervangen van
koninkrijkjes door een systeem zoals dat bijvoorbeeld met succes in
Zwitserland werd geïmplementeerd. (Zelfs in dat zogenaamde 'raadgevende
referendum' in nl werd een referendum over dat de monarchie naar ik
gegrijp nog expliciet uitgesloten.)
Naar ik me voorstel vooral onder druk van Churchill c.s., is na WW2
uiteindelijk afgezien van referenda over constitutionele hervormingen in
west europa, waardoor fundamentele verticale (op sociaaleconomische
klasse gebaseerde) spanningen binnen Europa nooit wezenlijk konden
worden opgelost.
Nadat de oost-west competitie als verenigende factor binnen de blokken
van na WW2 was weggevallen en de US zich begon terug te trekken,
begonnen die spanningen van voor WW2 zich weer naar het oppervalk te
bewegen.
De spanning die daarbij vrijkomen tussen Europese staatjes, en waar
door euro-lokale massamedia de aandacht op wordt gevestigd door te
jammeren of te jubelen over nationalisme en populisme, lijken echter
niet de wortel van het probleem: in de ondergrond lijkt door grote delen
van Europa een consolidatie aan de gang van een systeem gebaseerd op
privilege dat in veel opzichten teruggrijpt op de 19e eeuw?